Menu
BVO logo

Hoe stimuleer je nieuwe patronen en nieuw gedrag?

De grootste uitdaging voor een trainer is ervoor te zorgen dat deelnemers nieuwe, door jou aangeleerde patronen verkiezen boven hun oude patronen. Maar hoe werkt dat nou in de dagelijkse trainingspraktijk? En in de hersenen van deelnemers? Door vanuit breinkennis naar leren te kijken kun je als trainer je trainingen effectiever en leuker maken.

Onze hersenen bestaan uit ongeveer honderd miljard hersencellen, ook wel neuronen genoemd. Door middel van nog eens een biljoen gliacellen worden verbindingen tussen deze neuronen tot stand gebracht. Via neurotransmitters worden de signalen tussen de verschillende neuronen doorgegeven. Op deze manier ontstaan sterke verbindingen bij denkpatronen die vaak terugkomen. Een sterke verbinding kun je vergelijken met een snelweg: breed en snel begaanbaar, de logische route. In een training wil je juist nieuwe patronen en nieuw gedrag aanleren. Zo’n nieuwe, minder sterke, verbinding kun je je voorstellen als een bospaadje. Ons brein heeft de voorkeur voor de snelweg waardoor het bospaadje na verloop van tijd niet meer te vinden is. Maar soms is dat bospaadje zo gek nog niet.

Van snelweg naar bospad

Als trainer wil je deelnemers nieuwe patronen aanleren en stimuleren in het vaker en makkelijker vertonen van nieuw gedrag. Je wilt als het ware dat de deelnemer steeds weer over het bospad heen gaat, waardoor dit breder wordt en uitslijt en zo een vast patroon gaat vormen. Op die manier wordt informatie die in het korte termijngeheugen aanwezig is naar het permanente of lange termijngeheugen overgebracht. Dit proces wordt ook wel consolidatie genoemd.

Consolidatie kan je tot stand brengen door nieuwe neurale verbindingen te laten maken. Maar effectiever is het om sterke bestaande verbindingen te gebruiken en als het ware een parallelbaan aan te leggen vanuit hetzelfde startpunt. Een sterke verbinding is gevormd door al bestaande kennis. Laat deelnemers dus hun eigen casus inbrengen en gebruik praktijkvoorbeelden. En zorg met behulp van de sterke verbinding voor veel herhaling van de minder sterke verbinding waardoor de nieuwe ervaring inslijt. Ook kun je - voorafgaand aan een training al - een voorbereidingsopdracht geven, zodat deelnemers in de training voor de tweede keer met de inhoud aan de slag gaan. Begeleid deelnemers na een training en denk mee over herhalingsmogelijkheden. Ook dit draagt bij aan het doel.

Je bevordert het consolidatieproces nog beter en nog meer door een (positieve) emotie te koppelen aan nieuwe kennis. In een training kun je dit bijvoorbeeld doen door een verrassende werkvorm of een spelelement toe te passen en hiermee juist emotie op te roepen.

Er zijn meerdere wegen die naar Rome leiden

Je brein slaat zintuiglijk rijke informatie op op verschillende plekken. Het resultaat hiervan is dat je je  dingen makkelijker herinnert. Er zijn dan misschien wel tien verbindingen die op dezelfde ervaring uitkomen. Door het tonen van een filmpje in plaats van platte tekst maak je gebruik van beeld, geluid en beweging en stimuleer je het leren. Doe er ten slotte nog een dopamineshotje bij in de vorm van een compliment in een oefensituatie en de oude impulsen worden getemperd. En zo wordt de deelnemer nóg gemotiveerder in het behalen van zijn of haar doel!

Auteur: Gonneke Togtema

Deel dit artikel

Wellicht ook interessant