Menu
BVO logo

Breinmythes en neurofabels

Onlangs werd ik via LinkedIn benaderd door de auteur van een boekje over breinleren. Bij een eerste scan viel mijn oog op een sectie over ‘links- en rechtsbreinige” mensen. Linksbreinigen zouden analytisch zijn, rechtsbreinigen creatief…

Fabels op een rij

Breinleren is hot. De neurowetenschappelijke benadering van gedrag, leiderschap en persoonlijke effectiviteit biedt voor velen nieuwe inzichten. Toch bestaan er nog steeds veel fabels, mythes en onzinnigheden over het brein. Vier hardnekkige fabels over ons brein op een rij.

Fabel 1: Er bestaan links- en rechtbreinige mensen
Deze stelling is een beetje waar. Onze hersenhelften (we hebben er 2) hebben namelijk bepaalde specialisaties. Zo is bijvoorbeeld de taalfunctie bij de meeste mensen in de linker hersenhelft gelokaliseerd. En er zijn specifieke gebieden in onze hersenen die specifieke functies hebben. Zo is er het ‘Gebied van Broca’, dat betrokken is bij het produceren van spraak.

Wat is nu het probleem? Bij iedere taak die we uitvoeren gebruiken we beide hersenhelften. Bij elke handeling is een netwerk van neuronen (hersencellen) betrokken, dat zich uitspreidt over zowel de linker- als de rechter hersenhelft. En daarbij kunnen specifieke gebieden bij verschillende taken, verschillende functies vervullen. Het is dus een heel complex en dynamisch geheel.

Fabel 2: we gebruiken slechts 10% van onze hersenen
Dit is wellicht een van de oudste en meest hardnekkige fabels. Maar ik begrijp de allure wel. Het zegt iets over ons ontwikkelingspotentieel. Want stel je toch eens voor dat je nog 90% hersencapaciteit te winnen hebt!

Toch zou de natuur dit principe nooit toelaten. Immers, ons brein is ongeveer 2% van ons lichaamsgewicht, terwijl het 20% van onze energie opslurpt. En dan zou 90% van ons brein op z’n kont zitten? Dat is evolutionair onmogelijk. Daarnaast zou hersenletsel een veel kleinere impact moeten hebben. Maar kleine beschadigingen hebben al snel hele grote gevolgen. Verder hebben moderne beeldvormingstechnieken als fMRI en PET scans, aangetoond dat er in alle delen van onze hersenen activiteit is.

Fabel 3: Vrouwen zijn beter in multitasking dan mannen
Helaas dames. Wij mensen zijn biologisch niet in staat tot multitasking. Hiermee bedoel ik: we zijn niet in staat om twee taken tegelijkertijd bewust uit te voeren. Wanneer een taak onze bewuste aandacht vereist, dan pakt ons brein dit een voor een aan. Dus wanneer we denken dat we dingen tegelijk doen, doen we eigenlijk meerdere dingen vlak na elkaar. En omdat iedere bewuste taak een klein aanloopje nodig heeft (een leercurve) om erin te komen, verliezen we veel tijd met multitasking. Uit recent onderzoek blijkt dan ook dat de echte multitaskers het slechtst zijn in multitasking.

Fabel 4: Verschillende mensen verwerken informatie op verschillende manieren
Lange tijd werd gedacht dat mensen informatie op verschillende manieren verwerkten (via auditieve, visuele of kinesthetische kanalen). De conclusie was: als je mensen iets wil leren (of zelfs beïnvloeden), spreek hen dan aan op de wijze waarop zij informatie verwerken. Dus, iemand die visueel informatie verwerkt moet je vooral veel visuele informatie geven. En om te beïnvloeden zou je iets moeten zeggen als “Beeld je het volgende eens in”. Uit recent onderzoek van de Vrije Universiteit blijkt dat 96% van de Nederlandse docenten dit gelooft.

In de stelling zit dan ook een kern van waarheid. Mensen hebben inderdaad een voorkeur voor een bepaalde manier van informatieverwerking. En deze informatie wordt dan ook in verschillende delen van ons brein verwerkt.

Maar de stelling is ook onwaar. Er is namelijk geen absoluut onderscheid tussen de verschillende verwerkingskanalen. Je neemt niet alleen auditief of visueel informatie tot je, zelfs niet als je blind of doof bent. Daarnaast zijn deze gebieden zo met elkaar verweven dat dit onderscheid bijna niet te maken is. Een medewerker materie aanbieden die volledig is toegespitst op een van deze drie kanalen, met het idee dat hij daardoor sneller leert, is dus niet zinvol. Iemand beïnvloeden door de informatie op een bepaalde manier aan te bieden ook zeker niet.

Auteur: Jan-Willem Bouwmeester

Deel dit artikel

Wellicht ook interessant